KERKDRIEL - “Dat het slachtoffer nog leeft lag niet in handen van deze verdachten, maar is eerder een kwestie van geluk,” aldus de officier van justitie. Een 38-jarige vrouw uit Kerkdriel en een 37-jarige man, stonden vandaag voor de rechter in Zutphen. Zij worden verdacht van (medeplegen van) een poging tot moord op de (ex)-echtgenoot van de vrouw. “Daarmee hebben zij bijna het ernstigste delict uit ons Wetboek van Strafrecht gepleegd. Dit weegt zwaar bij het bepalen van de strafeis. Een onvoorwaardelijke gevangenisstraf is het enige dat daarbij past.” Beide verdachten hoorden 10 jaar cel tegen zich eisen.
In de vroege ochtend van 13 januari 2025 verliet het slachtoffer de woning om naar zijn werk te gaan. Voordat hij in zijn bus kon stappen werd hij door iemand die vanachter hem kwam, neergestoken met een groot vleesmes. Het mespunt zat ter hoogte van het hart en longweefsel raakte beschadigd. Het OM acht voorwaardelijke opzet op de dood van het slachtoffer bewezen. De officier: ”Het steken moet met forse kracht zijn gedaan, om met zo’n groot mes zo dicht bij het hart te komen. De aanmerkelijke kans op de dood hoeft wat mij betreft geen toelichting.”
Beide verdachten ontkennen hun betrokkenheid bij het steekincident. Het dossier bevat echter veel aanwijzingen in de richting van de verdachten. Logische verklaringen hebben verdachten niet als zij worden geconfronteerd met deze belastende feiten. De officier: “Zij verklaren ongeloofwaardig, onwaarschijnlijk en soms ook aantoonbaar onjuist, leugenachtig”. Vastgesteld is dat op camerabeelden de dader te zien is met een jas en een broek waarvan bepaalde kenmerken overeenkomen met kleding die de verdachte al eerder droeg. Verder zijn op een auto die de dader aanraakte, DNA-sporen gevonden van de zoon van de mannelijke verdachte, terwijl bekend was dat zij hun jassen deelden. Een soortgelijk mes, van hetzelfde merk als waarmee werd gestoken, is bij verdachte thuis aangetroffen. De vrouwelijke verdachte vertelde aantoonbaar leugens over bepaalde telefonische contacten met de mannelijke verdachte. Ook bleek dat zij de dag voor het steekincident zonder geloofwaardige aanleiding de login-site van een uitvaartverzekering bezocht. De officier somde tijdens de zitting een reeks van dit soort feiten op. De twee verdachten hadden een geheime affaire met elkaar. De 38-jarige vrouw had al eerder verklaard van haar man af te willen omdat hij verbaal en fysiek agressief was.
“De verdachten hebben groot leed bezorgd aan het slachtoffer maar ook aan zijn kinderen, die de rest van hun leven dit verhaal met zich meedragen. Hun veilige haven is daarmee kapot gemaakt. Waarbij dan ook nog komt dat het door verdachten stellig wordt ontkend, wat het verwerkingsproces er niet gemakkelijker op maakt. Tien jaar cel acht ik gezien uitspraken in soortgelijke zaken, passend voor het ernstige feit waaraan verdachten zich schuldig hebben gemaakt. Ik zie ook geen reden om voor verdachten een onderscheid te maken.“